Phare de Gatteville
Deze vuurtoren, in gebruik genomen in 1835, is de op een na hoogste vuurtoren van Europa. Het bouwwerk telt ruim vierenzeventig meter en vormt een signaal voor de scheepvaart ter hoogte van de Raz de Barfleur, een sterke zeestroming nabij het dorp Barfleur. Voordat de toren van elektrisch licht werd voorzien, waren er zes vuurtorenwachters nodig om de vuurtoren in bedrijf te houden. Een oudere vuurtoren uit 1775, naast de huidige, doet tegenwoordig dienst als semafoor, een observatiepost van de marine.
Cap de la Hague
Het meest bijzondere deel van het schiereiland Cotentin vind je helemaal in de uiterste noordwestelijke punt. Hier ligt de Cap de la Hague, een ruig en afwisselend gebied dat dankzij de Golfstroom een haast mediterraan klimaat heeft, met allerlei tropische begroeiing. Indrukwekkend zijn de kliffen van de Nez de Jobourg, die tot de hoogste kusten van Europa behoort. Je kunt het met de auto bereiken of via het wandelpad Sentier des Douaniers, dat langs de kust slingert. Ook een niet te missen hoogtepunt van Cap de la Hague is de Phare de Goury, een iconische vuurtoren die een paar honderd meter voor de kust op een rotspuntje in zee staat.
Port Racine
Dit piepkleine haventje aan de noordkust van Cotentin staat bekend als de kleinste haven van Frankrijk. Het is een populaire fotoplek, maar in het laagseizoen kun je het in alle rust bekijken. Ooit werd deze haven gesticht door een piraat, François-Médard Racine, die vanaf hier voorbijgaande schepen van vijandige naties aanviel en beroofde. Tegenwoordig is het een pittoresk plaatje, waar wat kleine boten op de deining schommelen of liggen te wachten op het drooggevallen zand.
Landingsstranden
Wie Normandië zegt, zegt D-Day, of Jour J en le débarquement zoals de Fransen het noemen. In de loop van de Tweede Wereldoorlog versterkte Duitsland grote delen van de Atlantische Kust met bunkers en artillerie, vanaf Noorwegen tot Zuid-Frankrijk. Duidelijk werd langzamerhand dat er een inval van geallieerde troepen zou plaatsvinden, de vraag was alleen waar precies. Pas-de-Calais, waar het Kanaal op z’n smalst is, lag voor de hand. Het werd echter de baai van de Seine. Op de morgen van 6 juni 1944 begon ‘Operatie Overlord’ en stak een armada aan oorlogsschepen de zee over, in combinatie met massale luchtsteun van bommenwerpers en jachtvliegtuigen. Duizenden soldaten bestormden de stranden tussen Sainte-Mère-Église en Ouistreham, en nog eens duizenden soldaten werden via de lucht achter de Duitse linies gedropt. In totaal deden zo’n drie miljoen soldaten mee aan de landingen, wat het de grootste amfibische operatie uit de militaire geschiedenis maakt. In het westen hadden de Amerikanen Utah Beach en Omaha Beach als richtpunt, de oostelijke stranden waren het terrein van de Britten (Gold Beach), Canadezen (Juno Beach) en nog een Britse divisie (Sword Beach).
Oorlogsmusea
De departementen Manche en Calvados zitten boordevol oorlogsmusea en monumenten die herinneren aan de landingen op D-Day en de daaropvolgende strijd. Er is veel te veel om alles te kunnen bekijken, maar als je ergens wilt beginnen zijn de musea In Sainte-Mère-Église, Arromanches en het Mémorial van Caen in elk geval de moeite waard. Daarnaast is het interessant om een bezoek te brengen aan een of meerdere kustbatterijen die door de Duitsers werden geïnstalleerd, zoals de Batterie de Longues-sur-Mer, waar nog de originele kanonnen in staan, en Maisy Battery, dat nog niet zo lang geleden werd opgegraven en van struikgewas bevrijd.
Mont Saint-Michel
Je kunt op het eiland Mont Saint-Michel kosteloos rondkijken, maar een bezoek is eigenlijk niet compleet zonder de abdijgebouwen vanbinnen te hebben gezien. De benedictijner abdij werd aan het begin van de middeleeuwen gesticht op de plek van een oud heiligdom, naar het voorbeeld van een vijfde-eeuws Italiaans heiligdom dat gewijd was aan de aartsengel Michaël. De huidige gebouwen dateren uit de elfde tot vijftiende eeuw en zijn gebouwd in de romaanse en gotische stijl. Door opgravingen heeft men echter ook delen van de negende- en tiende-eeuwse karolingische kapel teruggevonden. Tijdens een bezoek wandel je door een aantal gebouwen die vroeger in gebruik waren door de monniken. Sinds 2001 houden broeders en zusters van de Monastieke Gemeenschappen van Jeruzalem de religieuze activiteiten in het klooster in stand. Het abdijcomplex bestaat uit drie verschillende lagen, die je van beneden naar boven bezoekt. Je wordt bovenop beloond met het uitzicht vanaf het panoramaterras over het getijdegebied, met achter je de abdijkerk die bekroond wordt door een neogotische klokkentoren.
Abbaye de Hambye
Het is indrukwekkend om door abdijen te wandelen die nog in perfecte staat zijn. Maar die van Hambye betovert juist door het verval. Bekijk de restanten van de abdijkerk waar een familie kraaien zich genesteld heeft en de wind en regen vrij spel hebben. Enkele gebouwen die in later tijd dienst hebben gedaan als stallen en bijgebouwen van een boerderij zijn beter bewaard gebleven. De benedictijner Abbaye de Hambye werd opgericht in de elfde eeuw en kende met name in de twaalfde en dertiende eeuw een periode van grote bloei. Na de Franse Revolutie moesten de monniken het veld ruimen. Op tablets die her en der liggen zie je een reconstructie van de abdij in betere tijden.
Abbaye de Cérisy
Een van de meest bijzondere abdijkerken die in Normandië bewaard zijn gebleven is die van Cérisy-la-Forêt. Al in de zesde eeuw werd er hier volgens de overlevering een klooster gesticht, maar de huidige gebouwen dateren grotendeels uit de romaanse en gotische stijlperiode. Met name de apsis met de vijftien romaanse vensters en de koorbanken uit de veertiende eeuw zijn opmerkelijk. Van de meeste kloostergebouwenis weinig bewaard gebleven en een deel is tegenwoordig in gebruik als boerderij. In een kleine kapel bij de ingang worden tentoonstellingen georganiseerd. Aan de oostkant van de abdijkerk is een fotogeniek meertje en een beeldentuin.
Château de Falaise
De oude stad Falaise geniet bekendheid als geboorteplaats van Willem de Veroveraar, in de eerste helft van de elfde eeuw. Van het kasteel waarin hij woonde staat nog een deel overeind. De ruïnes geven nog steeds een goede indruk van de grootte en het belang ervan. Met behulp van een tablet kun. je de vertrekken van het kasteel verkennen en ervaren hoe het er in vroeger tijden moet hebben uitgezien. Vanaf het op een verhoging gelegen kasteel heb je bovendien een mooi uitzicht over de omgeving.
Tuinen
Giverny
Normandië was een trekpleister voor bekende schilders uit het verleden. Een van hen was Claude Monet, die er woonde en een prachtige tuin aanlegde. Zijn tuin en woonhuis zijn tegenwoordig te bezoeken. Het is een populaire plek waar veel toeristen op af komen, maar als je je bezoek goed plant en buiten het hoogseizoen komt dan kun je er nog in relatieve rust van genieten. Laat je verwonderen door de duizenden prachtige bloemen, de Japanse tuin en het kleurrijke woonhuis en atelier waar Monet zich op het witte doek uitleefde.
Château de Boutemont
In de Pays d’Auge vind je enkele bijzondere kastelen met vakwerkgevels. Een daarvan is het Château de Boutemont, dat ook vanwege de bijbehorende jardin remarquable een bezoek waard is. De geschiedenis van dit kasteel gaat terug tot halverwege de middeleeuwen. Later werd een van de vier muren weggebroken zodat de eigenaren uitzicht hadden op de weidse tuinen. Die werden aan het begin van de twintigste eeuw vakkundig opnieuw vormgegeven door Achille Duchêne, een bekend landschapsarchitect uit die tijd. Aan hem hebben we onder meer het schitterende miroir d’eau te danken, waarin het kasteel bij windstilte prachtig reflecteert. Bij het kasteel is ook een crêperie, geopend voor lunch of goûter, het Franse vieruurtje.
Jardins du Pays d’Auge
Rond een oude boerderij is vanaf eind jaren negentig een uitbundige tuin opgebouwd waarin je een paar uur heerlijk rond kunt dwalen. Je volgt een parcours langs diverse thema’s en komt onderweg naast heel veel planten en bomen ook enkele fraaie gebouwtjes tegen waarin onder meer werktuigen van het platteland worden tentoongesteld. Liefhebbers van weelderige en wilde tuinen komen hier ruimschoots aan hun trekken. Ook leuk voor kinderen, vanwege de vele paadjes, een doolhof én natuurlijk de crêperie, waar je (in het seizoen) na afloop kunt lunchen of dineren.
Krijtrotsen van Étretat
Misschien wel de bekendste plek van Normandië: de krijtrotsen van Étretat. De overhangende kliffen spraken schilders uit voorbije eeuwen tot de verbeelding en trekken nog steeds veel mensen. Onder anderen Courbet en Monet schilderden hier enkele van hun bekendste werken. Het kiezelstrand is een mooie plek voor een frisse duik. De meeste mensen die hier komen lopen in zuidelijke richting het kustpad op naar de eerste rots, de Falaise d’Aval. Deze bestaat uit de veelvuldig gefotografeerde ‘olifantenslurf’ en een naald die in de zee staat, in het Frans de Arche en de Aiguille. Wat minder bekend aan Étretat is dat er niet slechts één overhangende rotspunt is, maar meerdere prachtig gevormde rotsen. Als je even verder loopt richting het zuidwesten dan neemt de drukte snel af en ontdek je mooie uitzichtpunten.